In de laatste weken van december legde de redactie de laatste hand aan het tijdschrift dat u nu in handen heeft: een themanummer over rouw en verlies. Het was een tijd waarin we onze nagels lakten voor de ‘Lak aan-aktie’ van zieke Tijn, we stilstonden bij opvallend veel popiconen, sporthelden en andere beroemdheden die ons ontvielen in 2016 – en we met gevoelens van verbijstering terugblikten op alles wat er het afgelopen jaar gebeurde in de wereld om ons heen. Een tijd van reflectie, die u – net aangekomen in 2017 – inmiddels achter u heeft liggen, waarin u ongetwijfeld ook heeft stilgestaan en teruggeblikt op persoonlijke gevoelens van verlies, rouw en gemis om wat en wie er niet meer is.

     Inspiratie om aan dit onderwerp, verlies en rouw, een themanummer te wijden, werd al in het voorjaar van het afgelopen jaar opgedaan, toen de VKJP een congres organiseerde over het thema ‘Verlies en weer verder gaan’. Het onderwerp werd vanuit allerlei invalshoeken belicht door diverse sprekers, waarbij vooral ook verlies door migratie nadrukkelijk aan bod kwam. Een zeer relevant en actueel thema dat ook centraal stond in het themanummer over vluchtelingen dat wij eerder in 2016 maakten. Wij hebben een drietal sprekers van die congresdag, Manu Keirse, Edien Bartels en Mariken Spuij, bereid gevonden om ook aan dit themanummer bij te dragen in de vorm van een artikel.

 

Manu Keirse wist op ontroerende en inspirerende wijze inkijk te geven in de belevingswereld van rouwende kinderen en door ziekte getroffen gezinnen, waarbij hij de congresgangers wist te raken met zijn voorbeelden waaruit het belang sprak van alleen al zoiets als heldere uitleg, juist ook aan kinderen. Zo vanzelfsprekend als het lijkt, zo moeilijk blijkt het in de praktijk en zo vaak wordt het uit ongemak, o.a. ook door medici, nog vermeden. In zijn artikel ‘Rouw van kinderen en jongeren’ schrijft hij over belangrijke thema’s bij rouw en verlies vanuit het ontwikkelingsperspectief van opgroeiende kinderen.

 

Op het congres sprak Edien Bartels over verlies na remigratie door achterlating. In het kader van cultureel antropologisch onderzoek ging zij in gesprek met een groep remigranten die gedwongen terugkeerden naar hun land van herkomst – Marokko – terwijl veelal de vader/partner in Nederland bleef. Haar artikel ‘Verlies en Rouw bij remigranten en achtergelaten kinderen’ gaat in op de negatieve betekenis die deze remigranten hieraan terugkijkend geven en hoe dit het verwerkingsproces stagneert – met alle gevolgen voor stagnatie in persoonlijke ontwikkeling van dien.

 

In het artikel ‘Aanpassing in het gezin als een ouder kanker heeft’ onderbouwen Dineke Verkaik, Mariken Spuij, Trudy Mooren, Anneloes van Baar, Carine Kappeyne van de Coppello en Paul Boelen een nieuw behandelmodel dat er op gericht is de weerbaarheid van alle gezinsleden individueel en de veerkracht van het systeem als geheel te vergroten als het geconfronteerd wordt met een ouder met kanker. Het sleutelwoord hierbij vormt ‘voorbereid’ zijn van het gezin; weten wat er gaat gebeuren, weten en bespreken wat ieder voelt, en het (zo mogelijk) honoreren van ieders wensen inzake gezamenlijke activiteiten die niet direct met de ziekte te maken hebben. Begeleiding en behandeling gericht op goede voorbereiding op naderend overlijden helpt om pathologische rouw daarna te voorkomen.

 

Mariken Spuij en Paul Boelen bespreken vervolgens de huidige wetenschappelijke stand van zaken op het gebied van ‘Diagnostiek en behandeling van vastlopende verliesverwerking’, waarbij ze voortbouwen op een in 2013 in dit tijdschrift verschenen artikel over ditzelfde onderwerp. De auteurs illustreren hoe het schrijven van brieven een onderdeel vormt van het cognitief gedragstherapeutische behandelprogramma ‘Rouwhulp’.

 

Het artikel ‘Infant Mental Health in het ziekenhuis’ van Fernanda Sampaio de Carvalho en Monique van Dijk is een herpublicatie uit het Tijdschrift voor Psychotherapie, waar het eerder in 2016 verscheen. Infant Mental Health vormt een specialisme dat zich richt op de vroege hechtings- en ontwikkelingsmogelijkheden van de ouder en de baby. Dit artikel geeft inzicht in hoe er in het ziekenhuis vanuit een Infant Mental Health-visie wordt gewerkt en op welke wijze verlies en rouw tijdens behandeling met deze jonge doelgroep aan bod komen.

 

Carine Kappeyne van de Coppello gaat in het artikel ‘Kinderen in rouw; aandachtspunten bij diagnostiek en behandeling’ in op diagnostiek en behandeling belicht vanuit de klinische kinder- en jeugdpraktijk. Ze geeft op heldere en ook een praktische wijze inzage in het ontwikkelingsperspectief van rouw en schetst welke methodieken integratief ingezet kunnen worden, afhankelijk van wat er speelt in een gezin of bij een kind.

 

Riet Fiddelaers-Jaspers schrijft in het artikel ‘Verlies en (over)leven: de interne splitsing bij traumatisch verlies’ over wat de langetermijngevolgen kunnen zijn van traumatisch verlies op de hechting en daarmee de ontwikkeling van kinderen, als dit via splitsing afgeweerd wordt. Ze illustreert hoe dit in behandeling aan de orde kan komen.

 

Ramón Lindauer bespreekt het mooie prentenboek ‘Doodgewoon’ van Bette Westera en Sylvia Weve dat heel goed past bij dit thema. Het boek omvat troostrijke gedichten en illustraties voor zowel kinderen als hun ouders, en heeft in 2015 terecht de Wouterte Pieterse Prijs gewonnen.

 

In de rubriek Aanbevolen een tweetal bijdragen. Allereerst bevelen Mariken Spuij, Geert Smid, Jos de Keijser en Paul Boelen Het Landelijk Centrum Traumatische Rouw aan. Het centrum brengt wetenschap en praktijk bijeen op het gebied van gezonde en pathologische rouw en faciliteert de ontwikkeling van evidence based behandeling van pathologische rouw.

Tot slot bespreekt Carine Kappeyne van de Copello een aantal spellen, boeken en websites die kunnen helpen als ondersteuning van therapie gericht op rouwverwerking.

De redactie wenst u inspiratie toe bij het lezen van dit themanummer en heft het glas op een mooi 2017!