Wat is er in die jaren veranderd en wat is hetzelfde gebleven? De kwaliteit van het tijdschrift is onveranderd goed. De nadruk ligt op het verspreiden van kennis en expertise, en de toepassing hiervan. Vignetten en casuïstiek zijn in diverse artikelen te vinden.
Lees het voorwoord waarmee redactievoorzitter Ramón Lindauer afscheid neemt van dit tijdschrift.
Ingrijpende jeugdervaringen kunnen een grote, negatieve invloed hebben op iemands lichamelijke en psychische gezondheid gedurende de rest van het leven. Het invoeren van het organisatiebrede raamwerk trauma-informed care (TIC) in de jeugdhulp biedt mogelijkheden om deze impact te verminderen. Aangezien ingrijpende jeugdervaringen relatief veel voorkomen bij hulpvragers in de jeugdhulp, is dit een werkveld waarin de waarden en uitgangspunten behorende bij TIC en het behandelkader dat TIC biedt van grote meerwaarde kunnen zijn. In dit artikel wordt ingegaan op de gevolgen van ingrijpende ervaringen voor het leven van jeugdigen en hun ouders, de indirecte gevolgen hiervan voor hulpverleners, het belang van TIC, wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van TIC en ervaringen uit de praktijk, aan de hand van een casus.
Trefwoorden: trauma-informed care, ingrijpende jeugdervaringen, jeugdhulp, hulpverleners.
Het Tijdschrift Kinder- & Jeugdpsychotherapie is gratis voor leden, niet-leden kunnen een enkele editie kopen voor € 17,- plus verzendkosten.
N.B. Sinds 2024 wordt het tijdschrift uitgegeven door Boom Uitgevers. Nummers vanaf 2024 kunnen worden besteld via medisch@boom.nl
Bestel - of - Log inAfscheid
Laatste voorwoord van redactievoorzitter Ramón Lindauer. Hij neemt afscheid van dit tijdschrift.
Ingrijpende jeugdervaringen: de impact verkleinen
Invoeren van trauma-informed care in de jeugdhulp biedt mogelijkheden om de negatieve invloed van negatieve jeugdervaringen te verminderen. Een review en ervaringen uit de praktijk.
Speltherapie voor kinderen met kanker
Casusbeschrijving over het gebruik van speltherapie bij een kind met kanker, belicht vanuit de positie van de ouders, de therapeut, de schoolbegeleider en de neuroloog.
Geboren uit seksueel geweld
In de hulpverlening kom je ze niet of nauwelijks tegen: kinderen geboren uit seksueel geweld en hun moeders. Hoe toegankelijk is de hulp voor deze groep?
Hand in hand leren in psychotherapie en ouderschap
Zoektocht van een therapeut, ouders en kind. Een casus over terugvinden van vertrouwen in ouderlijk handelen.
Bewegen met depressie
Lichaamsbeweging toevoegen aan psychotherapeutische depressiebehandeling van adolescenten. Een onderzoek naar de effectiviteit.
Vrijheidsbeneming op maat
Jongeren die de bak indraaien, gaan naar een justitiële jeugdinrichting (JJI), óf naar een kleinschalige voorziening justitiële jeugd (KVJJ). Wie gaat waar naartoe? En zijn er verschillen in hun risico- en beschermende factoren?
Boekbesprekingen
Wat is er in die jaren veranderd en wat is hetzelfde gebleven? De kwaliteit van het tijdschrift is onveranderd goed. De nadruk ligt op het verspreiden van kennis en expertise, en de toepassing hiervan. Vignetten en casuïstiek zijn in diverse artikelen te vinden.
Lees het voorwoord waarmee redactievoorzitter Ramón Lindauer afscheid neemt van dit tijdschrift.
Ingrijpende jeugdervaringen kunnen een grote, negatieve invloed hebben op iemands lichamelijke en psychische gezondheid gedurende de rest van het leven. Het invoeren van het organisatiebrede raamwerk trauma-informed care (TIC) in de jeugdhulp biedt mogelijkheden om deze impact te verminderen. Aangezien ingrijpende jeugdervaringen relatief veel voorkomen bij hulpvragers in de jeugdhulp, is dit een werkveld waarin de waarden en uitgangspunten behorende bij TIC en het behandelkader dat TIC biedt van grote meerwaarde kunnen zijn. In dit artikel wordt ingegaan op de gevolgen van ingrijpende ervaringen voor het leven van jeugdigen en hun ouders, de indirecte gevolgen hiervan voor hulpverleners, het belang van TIC, wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van TIC en ervaringen uit de praktijk, aan de hand van een casus.
Trefwoorden: trauma-informed care, ingrijpende jeugdervaringen, jeugdhulp, hulpverleners.
Dit artikel beschrijft een casus over het gebruik van speltherapie bij een kind met kanker. Speltherapie is een non-verbale, cliëntgerichte vaktherapie. Deze diepgaande casestudy belicht de therapie vanuit het oogpunt van de ouders, speltherapeut, schoolbegeleider en kinderneuroloog. Uit het onderzoek blijkt dat speltherapie behulpzaam was in deze casus. In het onderzoek is vooral gekeken naar het speltherapeutische proces en het verschil tussen voor en na de behandeling. Er is gekozen voor een casestudy om een rijke beschrijving van het (spel)therapeutisch handelen mogelijk te maken. Voor het effect van speltherapie na de behandeling van kanker is nog geen wetenschappelijke onderbouwing. Wel is van andere vaktherapieën bekend dat die kunnen helpen bij het behandelen van de gevolgen van kinderkanker. Zo is bij het ‘Op Koers’-programma van het Prinses Máxima Centrum, een cognitief-gedragstherapeutisch programma, “een positief effect gemeten (...) op het psychosociaal functioneren en het toepassen van ziektegerelateerde copingvaardigheden” (Nederlands Jeugdinstituut, 2016).
Kinderen die kanker hebben gehad vormen een in Nederland nog onderbelichte groep in de speltherapeutische praktijk. Toch zijn er redenen waarom juist speltherapie voor deze kinderen zo passend en relevant kan zijn. Dit artikel laat zien wat speltherapie kan betekenen voor deze kinderen en hun omgeving.
De casus is interessant voor kinder- en jeugdpsychotherapeuten, omdat speltherapie van belang is voor kinderen die kanker hebben gehad. Het is belangrijk dat er bredere bewustwording ontstaat van de mogelijkheden van speltherapie voor deze kinderen. Met kennis van deze mogelijkheden kunnen therapeuten gerichter hulp bieden bij ‘zorg in ziekte’.
Trefwoorden: kanker, hersentumor, casuïstiek, speltherapie, psychosociale zorg, behandeling, therapieproces.
Kinderen die geboren worden uit seksueel geweld en hun moeders komen niet of nauwelijks in de hulpverlening terecht, ondanks de vaak complexe problematiek. Dit kwalitatieve onderzoek richtte zich op de vraag hoe toegankelijk de Nederlandse hulpverlening is voor deze moeders en hun kinderen. Om deze vraag te beantwoorden, zijn zestien professionals geïnterviewd. Uit de interviews bleek dat een deel van de professionals zich niet bewust was van het bestaan van deze groep moeders en dat een deel zich onbekwaam voelde om deze moeders adequate hulp te bieden. Daarom eindigt dit artikel met een aantal aanbevelingen voor kinder- en jeugdpsychotherapeuten, in de hoop dat we deze moeders en hun kinderen zo beter kunnen signaleren en ondersteunen.
Trefwoorden: seksueel geweld, zwangerschap, hulpverlening, kwalitatief onderzoek.
De tweejarige Dinesh wordt samen met zijn ouders verwezen naar de geestelijke gezondheidszorg in verband met een vertraagde taalontwikkeling, gedragsproblemen en een vermoeden van een autismespectrumstoornis. Zijn ouders zijn drie jaar geleden vanuit India naar Nederland geëmigreerd. Dit artikel laat zien hoe vanuit deze lineair, causaal geformuleerde verwijzing, zich een circulaire, procesgeoriënteerde behandeling ontvouwt tussen ouders die zoekend zijn in hun ouderschap en een therapeut in opleiding die zoekend is naar haar professionele identiteit. Stap voor stap wordt samen met de ouders ruimte gemaakt voor het onderzoeken van verschillende hypothesen; hun recente migratie vanuit India naar Nederland is mogelijk van invloed, op zowel de ontwikkeling van hun zoon als op hun vertrouwen in ouderlijk handelen. Gedurende deze zoektocht, ingegeven door een combinatie van interacties in het hier-en-nu, ouderlijke representaties, diagnostische instrumenten en interventies, de therapeutische relatie en input vanuit videobeelden en supervisie, lijken de ouders zelf de antwoorden te vinden waarmee zij weer vertrouwen in zichzelf en elkaar krijgen en zich voldoende toegerust voelen om zonder hulpverlening verder te gaan.
Depressie komt veel voor onder adolescenten en kan grote maatschappelijke gevolgen hebben. De huidige behandelingsvormen zijn beperkt effectief. Een mogelijke manier om de effectiviteit van psychotherapeutische depressiebehandelingen te verhogen, is door lichaamsbeweging hieraan toe te voegen. Dit onderzoek maakte gebruik van een single-case experimental design dat werd uitgevoerd onder tien adolescenten tussen de dertien en achttien jaar met een matige of ernstige depressie, en individuele cognitieve gedragstherapie (cgt) als behandelindicatie. De deelnemers kregen twaalf sessies cgt, waarbij ze tijdens de helft van de sessies ook een bewegingsactiviteit uitvoerden. Bij acht van de tien deelnemers zijn de verzamelde data geanalyseerd. Het huidige onderzoek leverde geen overtuigend bewijs op dat een bewegingsactiviteit uitvoeren tijdens de helft van de sessies het behandelingsresultaat van individuele cgt versterkt. Er waren echter ook geen aanwijzingen dat de deelnemers tijdens de cgt-sessies gehinderd werden door het bewegen. Integendeel, 25 procent van de deelnemers had een significant hoger stemmingsniveau van dag tot dag na sessies met bewegen, vergeleken met de sessies zonder bewegen, en alle deelnemers waren even tevreden over de behandelsessies met en zonder bewegen.
Vervolgonderzoek om te achterhalen wanneer en bij wie bewegen tijdens cgt van meerwaarde is, wordt aanbevolen.
Trefwoorden: cognitieve gedragstherapie (cgt), bewegen, adolescenten, depressie, single-case experimentele designs in cognitieve gedragstherapie (SCED’s).
In het justitiële jeugdstelsel worden jongeren geplaatst in een justitiële jeugdinrichting (JJI) of in een kleinschalige voorziening justitiële jeugd (KVJJ); zo differentieert men in het beveiligingsniveau en de zorgintensiteit. Dit onderzoek gaat na of, bij deze twee groepen jongeren, de risico- en beschermende factoren van elkaar verschillen. Het blijkt dat jongeren in de KVJJ gemiddeld jonger zijn en er korter verblijven, maar dat ze niet verschillen van jongeren in de JJI wat betreft hun risico- en beschermende factoren. Dit artikel zet uiteen wat dit impliceert, en doet aanbevelingen voor de praktijk en het vervolgonderzoek.
Trefwoorden: justitiële jongeren, Kleinschalige Voorziening Justitiële Jeugd (KVJJ), Justitiële Jeugdinrichting (JJI), risico- en beschermende factoren.